Bezinning Klokradio
Bezinning Klokradio • Sermon • Submitted • Presented
0 ratings
· 3 viewsNotes
Transcript
Openluchtdienst 2023 Joh. 4
Thema: “Wie dorst heeft…”
Beste luisteraars,
Goed dat u bent ingeschakeld om met mij stil te staan bij het Woord van God vanmorgen.
Het thema is: “Wie dorst heeft…”
Vanmorgen wil ik met u stilstaan bij de diepe vragen van het echte leven.
We spreken af dat we het gaan hebben over het leven met zijn mooie en hele rauwe kanten.
Het leven waar je zoveel van verwacht, maar wat ook zo vaak teleurstelt.
Het leven wat niet alleen een glimlach heeft, maar ook zijn verdriet en stille tranen.
Je bent niet geholpen door een mooi praatje met oneliners.
Je hebt houvast en troost nodig voor het leven wat veel ingewikkelder is dan we verwachten.
· Dorst, hunkering en verlangen, dat kennen we allemaal.
· Ons leven wordt gekenmerkt door tekort.
· We hebben niet genoeg aan onszelf, aan elkaar aan deze wereld.
Hoe komt dat toch?
Wat is hiervoor de oplossing?
Laten we maar direct eerlijk met elkaar omgaan.
We gaan God niet de schuld geven van onze dorst.
Dat is niet eerlijk!
Daarmee kom je niet van je dorst af en het lost niets op ook.
Wat zegt God over onze dorst?
Jer. 2:13
Want Mijn volk heeft een dubbel kwaad gedaan: Mij, de bron van levend water,
hebben zij verlaten, om zich bakken uit te hakken, lekkende bakken, die geen water houden.
In de Bijbel krijgen we een glashelder antwoord op de vraag waar onze dorst vandaan komt.
We hebben God als de Bron van het stromend water verlaten.
Adam en wij allemaal na hem zijn tegen Hem in opstand gekomen.
De duivel heeft Adam wijsgemaakt dat het zonder God als Bron van je leven beter zou zijn.
Adam geloofde de leugen dat we los van God echt gelukkig zouden zijn. En nu, nu zitten we met de armoede….
Dorst
Als je geen bron meer hebt, is het onvermijdelijke gevolg dat je dorst krijgt.
Nu heeft God het volste recht om het ons gewoon maar uit te laten zoeken.
Om in onze armoede en dorst te laten zitten.
Wij hebben hier toch voor gekozen!
We wilden als God zijn, zelfvoorzienend, niet afhankelijk van Hem, maar vrij om te doen wat we zelf willen.
Luister! Luister, ik hoor iemand roepen!
De stem van de God van hemel en aarde schalt over de wereld en schalt vanmiddag over het parkeerterrein van het winkelcentrum: Jes. 55:1-3
1 O, alle dorstigen, kom tot de wateren, en u die geen geld hebt, kom, koop en eet, ja, kom, koop zonder geld, zonder prijs, wijn en melk.
2 Waarom weegt u geld af voor wat geen brood is, en uw arbeid voor wat niet verzadigen kan? Luister aandachtig naar Mij, eet het goede, en laat uw ziel vreugde scheppen in de overvloed.
3 Neig uw oor en kom tot Mij, luister, en uw ziel zal leven; want Ik zal met u een eeuwig verbond sluiten: de betrouwbare gunstbewijzen aan David.
De Bijbel leert ons dat de stroom die onze diepste dorst verzadigt niet een serie spullen zijn.
Niet een bucketlist met verlangens.
Niet de vervulling van onze toekomstdromen, maar…
Luister even hoe de dit verwoord is in een lied van Casting Crowns
Meer dan comfort hebben we de koning nodig
Meer dan geschenken hebben we de gever nodig
Meer dan zegeningen hebben we Uw aanwezigheid nodig
Meer dan genezing, hebben we de genezer nodig
Diep van binnen weet elk gekwetst hart
We hebben de genezer nodig
Want alleen Jezus is de genezer
Luister maar hoe Jezus de Genezer is in Joh. 4, er valt veel te leren.
Van Judea naar Galilea
De Heere Jezus verlaat Judea en gaat naar Galilea.
Hij heeft zojuist het Paasfeest gevierd in Jeruzalem.
En gaat naar het noorden.
Daar zal Hij de meeste wonderen doen en daar zullen velen in Hem geloven.
Het meest arme en heidense deel van het land zal blijken de beste voedingsbodem te zijn voor het Evangelie.
3 wegen van Judea naar Galilea.
De meest kortste weg in dit geval is door het gebied van de Samaritanen.
Maar dat is geen optie. Het kwam bij de Joden niet op om deze weg te nemen.
Vanouds was er een intense haat tussen de Joden en de Samaritanen.
Wie waren dat de Samaritanen?
In de tijd van de koningen van Israël heeft de Heere het Assyrische volk toegelaten om de 10 stammen in ballingschap te voeren.
Deze koning heeft toen andere volken die hij overwonnen had in ballingschap gestuurd naar Samaria.
Daar woonde nog een klein groepje Joden en zo is het een mengvolk geworden.
Ze wilden wel bij het Jodendom horen, maar werden daar vanwege hun heidense afkomst niet toegelaten.
Ze hebben nu een eigen godsdienstige cultuur. Een eigen voorvader Jacob, een eigen tempel en een eigen verhaal.
Er was dus een diepe haat tussen beide volken en daarom meden ze elkaar zo veel mogelijk.
De Joden wilden liever kilometers omlopen dan 1 Samaritaan tegenkomen. (geweld over en weer)
Moest door Samaria gaan
Daar zien we de Heere Jezus lopen met Zijn discipelen op weg naar Galiléa.
Wat lezen we van Hem?
En Hij moest door Samaria gaan.
Hij ging daar niet naartoe om te preken, want Zijn roeping was om te gaan naar de verloren schapen van het huis van Israël. Daar wil Hij naar toe.
Toch moet hij door Samaria. Hij moet op zoek naar hen die dorstig zijn om voor hen de Bron te zijn.
Het is inmiddels erg warm geworden.
De zon staat hoog aan de Oosterse hemel.
Het is 12 uur in de middag, tijd om uit te rusten.
Dat doet de Heere Jezus.
Hij is moe en gaat zitten bij een bron.
Een hele bekende bron, hij heet de fontein van Jacob.
Deze fontein ligt vlak bij de stad Sichar tussen de bekende bergen Ebal en Gerizim.
Dit is het eerste stuk land dat Israël in bezit nam.
Misschien is dit wel een van meest diepe bronnen uit de hele omgeving.
Hij is wel 32 meter diep. Het is zowel een put als een bron.
Toen vader Jacob onafhankelijk wilde zijn van de buurvolken groef hij deze put en terwijl ze aan het graven waren, stuitten ze op een waterader.
Ja, in deze put stroomt heerlijk helder levend water.
Een vrouw uit de stad
Jezus stuurt Zijn discipelen eropuit om eten te kopen in de stad. En kijk, daar is nog iemand op weg, een vrouw komt uit de stad om water te putten.
Heel bewust wordt haar naam niet genoemd.
Ze blijft anoniem zodat.. zodat wij ons met haar kunnen identificeren.
Maar beste vrouw, je bent uren te laat!
Alle andere vrouwen en slavinnetjes waren hier vanmorgen vroeg al.
En als er nog meer water nodig is komen ze eind van de middag/ tegen de avond weer terug.
Ja, dat zou deze vrouw ook veel liever doen, maar ja, dat gaat niet meer.
Het zou wel kunnen, maar dan heeft ze geen leven.
Ze staat bekend als een door en door slechte vrouw.
En bij slechte vrouwen moet je uit de buurt blijven anders wordt je nog besmet ook.
Voor haar een uitzichtloze situatie.
Ze kan haar leven proberen te beteren, maar ze raakt haar reputatie niet kwijt.
Ze zal de rest van haar leven moeten slijten als een slecht mens.
Later zal blijken dat ze haar reputatie aan zichzelf te danken heeft.
Ze heeft in haar leven op verschillende momenten keuzes gemaakt die lijnrecht ingaan tegen Gods geboden.
En dat heeft ze geweten…
Kijk, daar ziet ze iemand bij de put zitten.
Gelukkig! Die kent haar niet!
Ze kan vanaf een afstand wel zien dat het een vreemdeling is.
Nou ja, gewoon even water putten, de vreemde man negeren en dan weer snel naar huis.
Maar dat loopt helemaal mis!
Die vreemdeling begint opeens tegen haar te praten.
Nou ja, het is geen losse opmerking, maar hij vraagt haar wat.
Hij vraagt haar om een gunst, om een beetje water.
Geef Mij te drinken
Ja, ze hoort het al, dit is overduidelijk geen Samaritaan, dit is warempel een Jood.
Deze Jood moet wel lef hebben om zo alleen in het gebied van de Samaritanen te zijn.
Meestal kom je daar niet zonder kleerscheuren en blauwe plekken doorheen.
Vraagt er nu iemand uit dat, in haar ogen, hooghartige onafhankelijke
volk van de Joden, aan haar een afgeschreven Samaritaan water?
Ze was misschien van plan niets te zeggen, maar nu kan ze haar mond niet meer houden.
Ze gooit het er maar uit:
9 (…)Hoe vraagt U, Die een Jood bent, van mij te drinken, die een Samaritaanse vrouw ben?
Deze vrouw dacht net als Nicodemus te weten hoe het zit.
Ze heeft een dialect gehoord, de kleren gezien.
Dit moet een Jood zijn en joden doen altijd zo. Ze heeft een bepaald beeld van mensen en een bepaald beeld van God en… blijkt ernaast te zitten. Wellicht is de niet de enige….
De vrouw zoekt houvast in de tegenstelling op, maar Jezus brengt het gesprek naar een hoger plan.
Jezus zegt: Als u de gave van God kende, en [wist] Wie Hij is Die tegen u zegt: Geef Mij te drinken, u zou [het] Hem hebben gevraagd en Hij zou u levend water gegeven hebben.
Het lijkt alsof deze man afhankelijk van haar is.
Maar als ze wist Wie ze hier voor zich had, dan zouden de rollen gelijk omgedraaid zijn.
Als ze wist welke prijs Hij zou betalen voor haar dorst.
Ja, als ze wist dat Hij gekomen is voor vijanden om voor hen aan het kruis te gaan met het daar uit te schreeuwen: Mij dorst!!!
Als ze zou weten dat Hij door onder te gaan in ons oordeel voor slechte mensen de toegang tot de Vader zou openen.
Dan zou ze zich aan Zijn voeten hebben laten vallen en zou ze alles van Hem nodig hebben.
Ze zou LEVEND WATER gevraagd hebben. En zou dit gelijk krijgen.
Wat betekent levend water?
Dit levende water is het beeld van de Heilige Geest.
De Heere Jezus beloofd hier dus deze vrouw dat ze maar om de Heilige Geest hoeft te vragen en ze zal Hem gelijk ontvangen.
Wat een geweldige belofte voor ieder die op zoek is naar een leven met de Heere!
Je hoeft deze Redder alleen maar te vragen om de Heilige Geest en Hij zal u gegeven worden!
Zo gaat dus in Gods Koninkrijk.
Wanneer je om de Heilige Geest verlegen is geldt:
Bidt en u ontvangt
Zoekt en u zult vinden
Klop en u zal opengedaan worden
Als u de Heilige Geest nog niet ontvangen hebt, dan ligt het dus niet aan God, maar aan u!
Dan hou je jezelf nog steeds op de been met een lekkende jerrycan.
Dan ben je nog steeds tevreden met het drinken van zout water en vergiftig je je leven.
Vers 11 De vrouw zei tegen Hem: Mijnheer, U hebt geen emmer en de put is diep; waar hebt U dan het levende water vandaan?
Vers 12 Bent U soms meer dan onze vader Jakob, die ons de put gegeven heeft en zelf daaruit gedronken heeft, evenals zijn kinderen en zijn kudden?
Vers 13 Jezus antwoordde en zei tegen haar: Ieder die van dit water drinkt, zal weer dorst krijgen,
Vers 14 maar wie drinkt van het water dat Ik hem zal geven, zal in eeuwigheid geen dorst meer krijgen. Maar het water dat Ik hem zal geven, zal in hem een bron worden van water dat opwelt tot in het eeuwige leven.
De Heere Jezus maakt duidelijk dat het gewone water, hoe fris het ook is, de diepste dorst in ons hart niet kan verzadigen.
Het betekent voor ons dat het gewone leven.
Huisje boompje beestje.
Je werk, de wekelijkse boodschappen.
Beetje sparen, meer dingen kopen… dat dat ons leven niet verzadigen kan.
Dat is geen antwoord op de diepste schreeuw van ons hart.
De diepe schreeuw van ons hart wordt niet verzadigd door meer
Spullen
Macht
Seks
Geld
In hetzelfde lied van Casting Crowns horen we:
De hele wereld zoekt naar iets
Maar wat we nodig hebben is iemand (2x)
We zijn maar aan het zoeken om te zien en te horen, te ontvangen en te houden.
Maar dat verzadigt niet. Dat is nooit genoeg!
Wat ons hart verzadigd is de liefdevolle aanwezigheid van God, de volmaakte liefde.
Niet steeds meer zien, maar gezien worden!
Niet steeds iets nieuws horen, maar gehoor worden.
Niet nemen, maar ontvangen worden.
Geen volle armen met spullen, maar thuiskomen in liefdevolle armen van de Almachtige.
Hoe klinkt dat ook alweer in het lied van Christiaan Verwoert?
De bekers van de wereld lekken
Want als ik het buiten U zoek
Moet ik telkens weer ontdekken
Dat niets mij kan vullen zoals U dat doet
Daar wil Jezus deze vrouw en ons brengen, maar het gaat niet vanzelf….
Ja, ze zegt wel:
Mijnheer, geef mij dat water, opdat ik geen dorst [meer] zal hebben en niet hier [hoef te] komen om te putten.
De vrouw vat de geestelijke woorden van de Heere Jezus, letterlijk op.
Dat is natuurlijk de oplossing voor haar leven.
Dan maar een keertje afhankelijk worden van een Jood, maar dan hoeft ze nooit meer midden op de dag naar de bron.
Dan kan ze gewoon haar leven binnenshuis verder leven.
Dan blijft wat verborgen is, gewoon verborgen.
Wat een geweldig idee, dat levende water dat moet ik hebben.
Dan neemt de Heere Jezus opnieuw het woord.
Ga heen, roep uw man en kom hier.
Het is een woord met gezag.
Een woord dat haar in eerste instantie niet vreemd in de oren klinkt.
Dat zou iedere rabbi doen die onverhoeds met een vrouw in gesprek zou komen.
Haar man erbij roepen, om iedere verdenking van overspel te voorkomen.
Haar man erbij laten komen om te helpen om haar uitleg te geven.
Maar we voelen wel aan, het gaat dieper.
Ga heen, roep uw man en kom hier.
Dat betekent:
- Ga terug naar de plaats waar je in duisternis geleefd hebt.
- Ga terug naar de plek waar je je zonden verborgen houdt voor God en de mensen.
- Ga je man halen.
In dit geval raakt het precies de kern van haar probleem.
Ze heeft een probleem met mannen.
Het is wat betreft de mannen een grote chaos in haar leven.
Ga heen, roep uw man en kom hier:
Jezus legt ongevraagd de vinger op de zere plek in haar leven.
De oorzaak waarom ze op een onmogelijk tijdstip water moet gaan halen om niemand tegen te komen.
De oorzaak van haar eenzaamheid en verstoppertje spelen.
- Wat zou Hij tegen u en jou zeggen?
- Op welk onderdeel van uw leven zou Hij de vinger leggen?
Want ja, we hebben allemaal van die zwarte bladzijden.
We hebben allemaal dingen waarvoor we ons schamen.
Ga heen, roep uw man en kom hier.
Deze woorden klinken tot de Samaritaanse vrouw, maar klinken ook tot ons.
Het is de opdracht van de Heere Jezus als de hemelse arts.
Zoals een arts de etterende wond moet zien om hem te kunnen helen, zo moet het nette verband van ons leven af.
Ga heen, dat betekent dat je je verantwoordelijkheid moet nemen voor je eigen leven.
* De dingen die je inde duisternis en de macht van de zonden houden moeten gehaald worden.
*Je moet met een actieve daad de duisternis in je leven bij de hand nemen.
*Je bent geen slachtoffer, maar een dader.
Ga heen, roep uw man en kom hier.
Dus geen uitvluchten en smoezen: ‘Zo ben ik nu eenmaal.’
Nee, ga heen, haal het op en breng het aan de voeten van de Heere Jezus.
Daar moet het komen.
Dus niet de zonde bedekken met een mantel der liefde, met de mantel van: Wat niet weet, wat niet deert...
Je sporen uitwissen, apps verwijderen, geschiedenis wissen, de administratie weggooien….
Nee, tevoorschijn halen en brengen aan de voeten van de Heere Jezus!
Zoals de profeet Jesaja het zo schitterend zegt: Jes. 1:18
Kom nu, laten wij samen een rechtszaak voeren, zegt de HEERE. Al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen wit worden als sneeuw; al waren ze rood als karmozijn, ze zullen worden als [witte] wol.
· Bedenk eens wat een bevrijding het zou zijn als je stopt je geheime leven te verbergen?
· Wat zou het je veel stress schelen.
· Wat zou het de last die je draagt verlichten als je mag stoppen met doen alsof…
We kijken nog even naar de vrouw in Samaria.
Ze heeft van de Heere Jezus een hartelijke uitnodiging gekregen om schoon schip te maken.
En wat is haar reactie?
Ik heb geen man (zucht…)
Precies een mens….
Zo min mogelijk zeggen en proberen om de hete brei heen te draaien.
Een snel antwoord, wat nog klopt ook.
Waarmee alles moet blijven zoals het is.
Hiermee is dit onderwerp afgesloten..…
Dan kunnen ze snel terug naar dat bijzondere water waar die Joodse man het over heeft.
Wat vinden we keer op keer veel uitvluchten wanneer de Heilige Geest ons overtuigd van onze zonden.
We negeren en overschreeuwen Zijn liefdevolle stem.
Ik heb geen man,
Hier zijn vele versies van.
Vul je eigen versie maar in.
Welke argumenten heeft u om maar niet voor God openbaar te hoeven komen?
O, als het van ons afhing gemeente, zou niemand openbaar komen.
We zijn in het paradijs begonnen met ons voor God te verstoppen en zonder Gods blijvende opzoekende liefde gaan we daarmee door tot onze eeuwige ondergang.
Jezus zei tegen haar: U hebt terecht gezegd: Ik heb geen man, want vijf mannen hebt u gehad en die u nu hebt, is uw man niet; dat hebt u naar waarheid gezegd.
Dit is de waarheid!
Dit is wat gezegd moet worden.
Jezus veroordeelt haar niet, maar helpt haar om de waarheid onder woorden te brengen.
Beste luisteraars wat is het enorm bevrijdend wanneer onze zonden een keer bij name genoemd worden.
God bevrijdt ons niet van onze uitvluchten.
Hij verlost ons niet van onze smoezen.
Hij vergeeft de zonden die beleden worden.
Voor gelovigen is de zonde bij name noemen en bij Jezus brengen het geheim van het wandelen in het Licht.
Nu komt er een oprechte vraag van de vrouw over het grootste strijdpunt tussen Joden en Samaritanen. De plaats waar je moet bidden.
Jezus leeft dat het God gaat om de echtheid van je gebed, niet de plaats.
25 De vrouw zei tegen Hem: Ik weet dat de Messias komt (Die Christus genoemd wordt); wanneer Die gekomen zal zijn, zal Hij ons alles verkondigen.
26 Jezus zei tegen haar: Ik ben het, Die met u spreek.
Nadat de Heere Jezus haar de zonde heeft aangewezen, maakt Hij zich bekend.
Hij heeft de wond opengelegd en nu biedt Hij Zich aan als de oplossing.
Zij mag als eerste van de Samaritanen weten wie Hij is.
Wat is de uitwerking van haar ontmoeting met de Heere Jezus?
Ze gaat terug naar de stad.
Niet om alleen om de man te roepen met wie ze nu onwettig samenleeft, maar de hele stad!!!
Ze laat haar waterkruik achter en begint te getuigen.
Ze is door de ontmoeting met de Heere Jezus een eerlijk mens en tegelijk een evangeliste geworden.
Ze wordt op unieke manier door de Heere gebruikt om de inwoners van haar stad aan de voeten van Jezus te brengen.
29 Kom, zie Iemand Die mij alles gezegd heeft wat ik gedaan heb; zou HÍj niet de Christus zijn?
Wat een eerlijk getuigenis!
Nu hoeft ze niets meer te verbergen.
- Nu krijgen de mannen niet meer de schuld,
- Nu krijgen de omstandigheden niet meer de schuld.
- Nu krijgen haar ouders niet meer de schuld voor de opvoeding
Nee, de kern van haar getuigenis is:
Hij moet wel de Messias zijn, wat hij maakte mijn verborgen vuile daden openbaar.
Dit is het kenmerk van oprechte bekering.
Voor de eerste keer of weer opnieuw.
Net als die verloren zoon:
“Vader, Ik heb gezondigd tegen de hemel en voor u”
Zolang we anderen nog de schuld geven, weten we niet wat bekering is!
Wanneer we ons werkelijk bekeren, dan staan we zelf schuldig voor God en kunnen we niets anders doen dan zelf onze zonden belijden.
Maar daar ondervinden we het ook wat het is om vrijgesproken te worden.
Want daarvoor heeft de Heere Jezus Zijn dierbaar bloed vergoten.
Niet om rechtvaardigen, maar om zondaren te redden.
Wat zegt Jezus in Joh. 7:37-39
37 (..) Als iemand dorst heeft, laat hij tot Mij komen en drinken.
38 Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.
39 (En dit zei Hij over de Geest, Die zij die in Hem geloven, ontvangen zouden
Zo nodig ik u namens de Heere Jezus uit:
Kom tot Jezus!
Verberg je niet langer, maar roep Hem aan, belijdt wat verkeerd is gegaan en geef je over in zijn handen.
Hij heeft gezegd:
Wie tot Mij komt zal ik geenszins uitwerpen!
Luister wat Hij zegt op de laatste bladzijde van de Bijbel:
En daarmee sluiten we af: Openb. 22:16
16 Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om bij u in de gemeenten van deze dingen te getuigen. Ik ben de Wortel en het Nageslacht van David, de blinkende Morgenster.
17 En de Geest en de bruid zeggen: Kom!
En laat hij die het hoort, zeggen: Kom!
En laat hij die dorst heeft, komen;
en laat hij die wil, het water des levens nemen, voor niets. (2x)
Amen