Ben ik welkom bij God? Geloofstoerusting Rijssen deel 1
Ben ik welkom bij God Lucas 15 deel 1 • Sermon • Submitted • Presented
0 ratings
· 1 viewNotes
Transcript
Bijbellezing: Lucas 15:1,2; 11-32
Beste mensen,
Fijn dat jullie gekomen zijn om hier met elkaar te zingen, te bidden en te luisteren naar het Woord van God.
Vanavond staan we stil bij het thema: Ben ik welkom bij God? (…)
Nee, niet te snel een antwoord geven…
Misschien kom je er ook niet mee weg door 1 antwoord te geven.
Misschien leert de Bijbel ons juist om eerst heel goed te luisteren voordat we snelle conclusies trekken.
Ben ik welkom bij God?
Misschien moeten we wel 2 antwoorden geven… nee en ja….
1. Als je de Bijbel eerlijk leest en afgaat op je ervaring moet je zeggen:
Ik, zoals ik ben Welkom bij God?
Nee! Geen sprake van!
God is heilig en wij zijn zondaren!
De deur naar God via het paradijs wordt beveiligd met vuur en zwaard.
Na onze opstand is er echt iets kapotgegaan, er is een kloof en die kloof ervaren mensen wereldwijd….
Ik doe niet zoals ik moet doen en ik ben niet zoals ik moet zijn…
Ik welkom bij God….
Nee, dat is te direct, dat past mij niet…
Godsdienst, geloofsgemeenschappen, rituelen dat wel, maar God…. Die afstand is te groot…
Zowel iemand met christelijke achtergrond als iemand uit de Islam geven hetzelfde antwoord.
Het is een universele ervaring. de afstand tussen ons en God is te groot….
Daarom zie je mensen over de hele wereld die proberen te offeren.
Ze zoeken houvast is systemen en rituelen, om de God, die ze op grote afstand ervaren,
tevreden te stellen en je hoopt maar dat het goed komt.…
Ben ik welkom bij God? (ja?)
2. Stel je voor dat God zelf het initiatief genomen heeft.
Stel je voor dat Hij de grote heilige God Zijn positie verlaten heeft en voor ons mens is geworden.
Stel je voor dat Hij naar deze wereld gekomen is om voor ons de straf op de zonde te dragen….
Stel je voor dat Hij uw/jouw leven compleet overnieuw heeft gedaan.
Als het nu eens zo is dat God Zelf de deur naar het paradijs geopend heeft?
Als het nu eens zo is dat God publiek heeft gezegd dat ieder die zijn vertrouwen stelt op Hem, welkom is om met Hem het paradijs binnen te gaan?
Als het nu zo is dat we heel veel voorbeelden hebben van mensen, zondaren net als wij, die het toch gewaagd hebben om tot deze God te gaan en niet door Hem weggestuurd zijn.
Dan, dan wordt het antwoord op de vraag toch wel een beetje anders…. Of niet?
Ben ik welkom bij God?
Nou ja, luister maar:
Luke 15:1 “Al de tollenaars en de zondaars nu kwamen bij Hem om Hem te horen.”
Heel opvallend in het Evangelie is dat mensen die niet echt bij Jezus passen, toch naar Hem toekomen.
En Hij stuurt ze niet weg, maar zoekt hen ook op!
En mensen, waarvan je zou zeggen, nou dat past wel…. (godsdienstige mensen) daar blijkt Jezus veel mee in conflict te zijn…
Ze discussiëren veel met en over Jezus, maar zelf, zelf blijven ze op een afstand….
En dat is precies de context van de gelijkenis die we vanavond bespreken.
Want het gedrag van Jezus met de losers van deze wereld blijkt niet te voldoen aan de eisen van de godsdienst.
Luke 15:2 “En de Farizeeën en de schriftgeleerden morden onder elkaar en zeiden: Deze Man ontvangt zondaars en eet met hen.”
Jezus ontvangt niet alleen zondaars, maar gaat ook een intieme band met hen aan.
Hij ontvangt hen als familie en deelt Zijn leven met hen als een goede vriend.
En hierover komt felle kritiek…
Stel je voor, stel je voor dat we de vraag die vanavond centraal staat even voorleggen aan een van de tafelgenoten van Jezus.
Beste man, ben ik welkom bij God?
Wat zal hij zeggen?
Waarom denk je dat ik hier zit? (…)
Hoe kan ik hier zitten als ik niet welkom zou zijn?
Hoe het precies zit weet ik niet, ze hebben mij vertelt dat Jezus heeft gezegd:
Mark 2:17 (…) Wie gezond zijn, hebben geen dokter nodig, maar wie ziek zijn. Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars.”
Dus… als je ook van dit soort bent….
Als jij het ook niet redt in je leven, maar een Redder nodig hebt…
Waarom schuif je niet aan, er is genoeg, ook voor jou!
Om deze woorden kracht bij te zetten neemt Jezus Zelf het woord.
Als een antwoord op de kritiek laat Hij zien dat deze mensen niet buiten hun boekje gaan door bij Hem aan tafel te komen.
Hij is juist gekomen om hen op te zoeken!
Om te laten zien wie God is en op welke manier hij zondige mensen redt, vertelt Jezus drie verhalen.
In alle drie de verhalen gaat het over de zoeker!
Een van die verhalen is het verhaal van de verloren zonen, of beter gezegd, de barmhartige Vader
Luister maar, het verhaal speelt zich af in het Midden-Oosten.
Er is een vader met twee volwassen zoons.
De vader in dit verhaal is het beeld van God.
De zoons zijn twee soorten mensen.
Mensen die leven volgens hun eigen pad. Ze laten zich niet de wet voorschrijven, zeker niet door de kerk…
De anderen zijn mensen die zich houden aan wat door anderen gezegd wordt. Mensen die zich thuisvoelen in de kerk en andere godsdienstige instellingen.
We luisteren in het eerste deel naar het gedeelte over de Vader en de jongste zoon, in het tweede deel van de avond concentreren we ons op de Vader en de oudste zoon.
Luister maar wat Jezus hierover zegt:
Er is een vader met 2 zoons.
Hij heeft land en spullen.
Ja dat de vader genoeg heeft om als erfenis na te laten…
Dat pa eigenlijk best rijk is, dat is iets, waar de jongens mee bezig zijn.
Uit het geheel van het verhaal blijkt dat beide jongens meer met het bezit van pa bezig zijn, dan dat ze een goede relatie met hun vader hebben.
En die relatie, dat is nu juist wat die vader wil met zijn kinderen.
Die intense band van liefde en acht die spullen, daar zit hij niet zo aan vast.
Het is hem te doen om zijn jongens.
Hij wil dat ze zich echt thuis voelen in zijn huis.
Maar dat blijkt nu net het probleem te zijn.
De jongens wonen wel in huis, maar ze voelen zich beide helemaal niet fijn thuis.
Het huis is nooit hun thuis geworden. (…)
En als gevolg daarvan zijn ze helemaal in de ban van de dingen die pa voor hen kan regelen.
Eigenlijk best wel herkenbaar anno 2024.
We willen het liefst gelukkig zijn, zonder God.
We willen zelf onze weg bepalen en zelf bepalen wat goed en kwaad is.
En die lege plaats in ons hart…. Die vullen we gewoon op met leuke dingen. Met vakanties, met allerlei speeltjes, auto’s, een camper, allerlei technische snufjes….
En ondertussen voelen we ons steeds leger worden en wordt het steeds killer en afstandelijker in de wereld.
We luisteren naar de woorden van Jezus.
Het verhaal begint met een situatie tussen de jongste zoon en zijn vader.
De oudste jongen kan zich goed inhouden.
Die kan zijn frustratie over de vader goed achter zijn kiezen houden.
Hij slikt het weg en denkt, mijn tijd komt nog wel…
Die eigenschap heeft zijn broer niet. (…)
Hij wil weg!
Niet meer in de buurt van pa zijn en niet meer in de buurt van die vrome kwezel zijn broer..
Hier houdt hij het gewoon niet uit!
Hij is op geen enkele manier van plan om dit saaie leventje te blijven leiden.
Hij wil weg, ver weg van huis.
Op een dag houdt hij het niet meer voor zich.
Hij gaat naar zijn vader en maakt zijn wensen duidelijk.
Hij wil alvast het geld dat hij zal krijgen wanneer zijn vader is overleden.
Hij wil zijn deel van de erfenis.
Omdat hij de jongste zoon is zal hij later een derde van de erfenis krijgen.
Maar dat later, daar zit hij niet op te wachten.
Dan is de mooiste tijd van zijn leven voorbij.
Hij wil de erfenis nu, nu hij in de kracht van zijn leven is.
Hij wil nu genieten, halen uit het leven wat eruit te halen is.
Kijk daar zien we hem naar zijn vader gaan en zeggen:
Vader, geef mij het deel van de goederen dat mij toekomt.
Je zou het je vader maar vragen.
Je moet er het lef maar voor hebben.
Het laat zien hoe het hier, van binnen bij deze jongen aan toe is….
En wat lezen we dan?
En hij verdeelde zijn vermogen onder hen.
De vader had alle recht om dit verzoek van zijn jongste kind te weigeren, maar Hij doet het niet.
Hij is bereid nu al bij zijn leven de regie, het eigendomsrecht van zijn land en goederen uit handen te geven.
Hij is bereid afstand te doen van land en spullen om de relatie met zijn zoons te bouwen.
Beide jongens krijgen, wat ze zo graag wilden hebben, de spullen van pa….
De vraag is, zal het helpen om de relatie met de vader goed te krijgen?
Nou, nee, niet echt…
Beide jongens zijn blij met hun deel, maar ze blijven een bloedhekel aan hun vader hebben….
Eerst is de jongste aan de beurt.
In plaats van goed voor het land en de spullen te zorgen, verkoopt hij alles!
Hij ontdoet zijn vader van het land.
Dat betekent: Hij beroofd zijn vader van zijn identiteit en zijn eer.
Het bezit van land betekent in Israël, het recht op eer en het hebben van status en aanzien.
Maar de eer en het aanzien van zijn vader interesseert deze jongen niet.
Als hij maar geld heeft, dan kan hij zijn voorbereidde plan ten uitvoer brengen.
Welk plan is dat dan? Hij wil weg. Hij wil al jaren weg.
Weg van zijn vader.
Hij wil wel het geld, en de spullen van zijn vader, maar zijn vader wil hij niet!
Hij wil geld hebben, gelukkig zijn, maar dan wel zonder zijn vader!
Zijn vader is voor hem geen vader, maar een middel om te krijgen wat hij graag wil hebben.
Zijn Vader is het instrument om zelf gelukkig te worden.
Wacht eens even, wacht nu eens even.
Is dit niet een glashelder voorbeeld hoe wij God gebruiken?
Wel gelukkig zijn, maar dan zonder Hem erbij.
Hij moet voor alles zorgen, me van alles geven, maar Zelf op afstand blijven…. Anders is het niet leuk meer…(…)
Daar zien we hem gaan.
Vol goede moet, met veel zelfvertrouwen en een volle portemonnee.
Heel de wereld lacht hem toe.
Eindelijk verlost van het juk van thuis.
Eindelijk los van de ogen en de oren van zijn vader en eindelijk… verlos van zijn vrome broer met zijn lange gezicht…
Inmiddels is hij aangekomen waar hij wil zijn.
In het buitenland, los van alle sociale controle, trouwens, hier zijn geen kerkdiensten. De God van Israël wordt hier niet gediend.
Nee, daar is deze jongen niet rouwig om.
Het gaat eerlijk zo.
Hier zal hij geluk vinden.
Met geld kun je alles kopen….
Hij zuigt het leven uit tot de laatste druppel….
Ja, letterlijk, want veel sneller dan hij gedacht had, is het geld op..
Zijn geld, eigenlijk het geld van pa, Wat hij veel te vroeg had opgeëist, waar hij zoveel vertrouwen op stelde is, is op!
Wat moet die jongen nu doen? Welk advies zou u hem geven?
Waar moet je naartoe wanneer je door eigen schuld in de problemen bent gekomen?...
Wat moet je doen wanneer je in je leven de verkeerde weg bent ingeslagen?
Juist- direct naar huis! Omkeren!
Zonder te blijven hangen in de gevolgen van je daden.
Omkeren en naar vader toe.
Terug naar huis voordat het te laat is!
Dat is wat Jezus predikte.
Bekering. Stoppen met je slechte daden.
Stoppen om God buiten je leven te houden.
Dat is bekering!
Maar dat wil deze jongen helemaal niet.
Allesbehalve naar huis!
Ben je nu helemaal gek geworden,
Nu zeker met hangende pootjes terug naar huis.. Dat nooit!
Hij is bereid vernedering en afgang te aanvaarden om maar bij zijn vader uit te buurt te blijven!
Maar het zit hem niet mee.
Als klap op de vuurpijl stort de economie van het land in.
Er komt hongersnood, een grote hongersnood!
En tijdens een hongersnood, wie lijden er dan het meest? Juist, zij die niemand hebben om hen te helpen.
De vreemdelingen. Ook hij gebrek begint te lijden.
Hij komt aan van alles te kort.
Zeg jongen, ga toch naar huis!
Dank eens terug aan de
goedheid en de trouw van je vader.
Werken!
Maar hij wil er niet van horen!
Thuis heeft hij, jawel met enige dwang, maar toch hij heeft werken geleerd.
Nu hij zal hier laten zien dat hij het heus wel zonder vader afkan.
Hij gaat gewoon werk zoeken.
Maar helaas, alle mooie baantjes zijn voor de eigen bevolking.
O gelukkig er is toch wel een baantje voor hem.
Het verdient bijna niets, maar toch hij heeft werk.
Hij mag de varkens hoeden.
De varkens?
Maar dat zijn toch onreine dieren?..
Dat is toch een grote schande voor een Joodse jongen.
Maar hij doet het toch.
Hij wil liever zelf varkens hoeden dan zelf onder de hoede van zijn vader zijn.
En het mag hem wat kosten.
Het kost hem zelfs honger.
De beloning voor zijn werk is zo karig dat hij zijn buik er niet van vullen kan.
Dan maar wat varkensvoer eten.
De varkens aten soort peulvruchten.
Het is niet ideaal om als mens hier je maag mee te vullen, maar niet onmogelijk.
Zal hij hier wat van nemen?
Maar dan komt zijn baas in actie.
Die vuile vreemdeling, zijn dure varkensvoer opeten?
Geen sprake van!
Daar is hij zuinig op er is al niet zo veel vanwege de hongersnood en wat er nog is, dat is voor zijn varkens.
16 En hij verlangde ernaar zijn buik te vullen met de schillen,
die de varkens aten, maar niemand gaf hem die.
Nu, nu zelfs het varkensvoer aan zijn neus voorbijgaat. Nu lezen we van hem:
17 Toen kwam hij tot zichzelf (WV95)
Hij stopt met jezelf voor de gek te houden.
Hij legt eerlijk de kaarten op tafel.
Dit is wat het leven ver van de Vader brengt, kijk eens hoe ik erbij zit.
Nu ben ik los van mijn vader, moet je eens kijken waar ik beland ben.
We lezen
17 En nadat hij tot zichzelf gekomen was, zei hij: Hoeveel dagloners van mijn vader hebben brood in overvloed en ik kom om van honger.
Hij denkt terug, terug aan zijn vader en zijn liefde en overvloed. Hij krijgt heimwee naar vader….
Of, of is het in eerste instantie alleen het brood van zijn vader….
Ja, daar begint het wel mee,
Maar, er gebeurt er toch nog meer in zijn hart.
Wordt hij via de honger, de dagloners van zijn vader herinnert aan de vader zelf? Aan Zijn liefde en genade? (…)
Maar die, die had hij toch voor dood verklaard!
Die had hij misbruikt om zijn geld en spullen.
Hij had hem beroofd zijn van identiteit en zijn eer door zijn land te verkopen.…
Hoe het ook zij. Hij staat op en gaat terug.
Onderweg oefent hij het nog een keer…
Ja, zo kan hij aankomen.
Hij zal zijn vader een voorstel doen.
Een voorstel om hard te werken en zo zijn brood te verdienen.
Hij zal door voortaan goed zijn best te doen onderdeel worden van het ingehuurde personeel.
Uitzendkracht
Zo zal hij door hard te werken, zijn schuld afbetalen….
Hij zal in plaats van een ongehoorzame zoon, een hardwerkende knecht worden. (Ja, net zoals zijn broer worden…?)
Maar jongen, weet je wel hoe groot de schuld is?
Een uitzendkracht krijgt geld om van te leven, niet om te sparen, daarvoor is het veel te weinig.
Hier kan hij niet zo’n schuld mee aflossen! Toch wil het proberen..
Ben ik welkom bij God? Nee, zo niet… weet je wat, ik probeer toch een beetje in orde te maken. Inplaats van een weglopend kind zal ik een hardwerkend personeelslid worden…
Nou, wie herkent het niet in zijn leven?
Dat we aan de ene kant zeggen:
Heere ik heb gezondigd ik heb het helemaal fout gedaan.
Ik had het anders moeten doen.
Maar nu zal ik het nooit meer doen!
Heere ik zal vanaf nu elke zondag naar de kerk gaan.
Ik zal op school goed mijn best doen.
Ik zal de andere kinderen niet meer lastigvallen.
Ik zal eerlijk worden en netjes gaan leven.
Ik geef mijn lichaam niet zomaar weer weg.
Ik blijf voortaan met mijn handen van andere meisjes af…
Heere ik zal een net gereformeerd kerkmens worden…
En zo proberen we alvast wat terug te betalen van de schuld.
We zien niet in wat voor een aanfluiting het is.
Het is alsof iemand die een miljoen euro schuld heeft alvast met een handje losgeld komt, alvast wat afbetalen….
Daar zien we hem gaan die jongen.
Kijk daar zien de eerste burgers van zijn dorp hem al aankomen.
Ze kijken goed.
Daar, daar komt het grootste stuk ongeluk aan!!
Die losbol die zo nodig de wereld in moest.
Kijk nou eens wat ervan geworden is…
Nee, neem dan zijn broer, echt een voorbeeld.
Elke zondag in de kerk, hij loopt keurig op het pad, er is niets op aan te merken.
Altijd thuis, gedraagt zich zoals het moet.
Zo gaat die jongen, iedere stap richting het huis van zijn vader vergroot de schande.
Misschien herken je je wel in hem in die jongen.
Je hebt God heel lang buiten de deur kunnen houden.
Je hebt gedaan wat je wilde. Gewoon geleefd voor het vaderland weg….
En toch, toch bleef het knagen….
Je weet dat God bestaat en dat Hij wil dat je voor Hem leeft.
En je hebt het niet gedaan!
Je weet dat je schuldig bent voor God en het zelf goedmaken met Hem gaat niet lukken…
En nu, via, via, toch maar gekomen vanavond.
Je herkent je in het leven van die jongste jongen, alleen die hongersnood is niet gekomen.
Je snapt dat God er is voor mensen van de kerk, voor hen die op zoek zijn naar Hem.
Maar u/jij?
Je voelt je zo ver weg van God, het lukt je gewoon niet om tot Hem te komen.
Je voelt je een Looser…
Luister goed, want Jezus verteld ons hoe God omgaat met losers.
En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem
Vanuit het huis is iemand naar buiten gekomen.
Het is de Vader.
Steeds weer is hij naar de weg gegaan om uit te kijken.
Komt mijn jongen al terug?
Steeds was hij teleurgesteld in zijn verwachtingen.
De vader verlangde wel naar zijn jongen, maar zijn jongen verlangde niet naar hem!
Als je wilt weten of je welkom bent bij God, kijk dan naar deze vader!
Voor de zoveelste keer gaat de vader naar buiten.
Steeds had hij niets gezien, maar nu, wat ziet hij nu?
Daar in de verte ziet hij iets, daar komt iemand aan.
Die zwerver daar, dat is geen uitzendkracht, dat is geen vreemdeling.
Dat armzalige hoopje mens dat daar loopt is niemand anders dan zijn jongen, zijn kind!
De eerbiedwaardige man bedenkt zich geen moment.
Hij trekt zijn waardig mantel omhoog en rent op zijn jongen af.
Maar man, dan ziet die jongen jouw blote benen, dat is een schande.
Vader u bent al zo vernedert door het gedrag van die jongen, moet u zich nog verder vernederen voor hem?
Nou gemeente, de vader heeft helemaal geen tijd om naar onze overwegingen te luisteren.
We lezen van hem:
En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem en deze was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem.
Heel de buurt mag het weten.
Iedereen mag er schande van spreken.
Maar deze vader interesseert het niet.
Zijn jongen is terug en hij wil maar één ding.
Die jongen in de armen sluiten om hem nooit meer los te laten.
Hij valt hem om de hals en kust hem in het bijzijn van de knechten. Letterlijk staat er: Hij blijft hem kussen!
Ben ik welkom bij God?….
De jongen heeft alles verwacht, behalve dit!
Hij had een schuldbelijdenis en een zakelijk voorstel ingestudeerd. Hij doet nog een poging:
Vader, ik heb gezondigd tegen den Hemel, en voor u,
en ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden.
Maar hij komt niet verder…
De Vader overstroomt van zoveel liefde dat hij zijn zoon niet uit kan laten praten.
Zijn hele plan om terug te betalen, om te werken voor zijn brood, valt in duigen!!
22 Maar de vader zei tegen zijn slaven: Haal het beste gewaad tevoorschijn en trek het hem aan en geef hem een ring aan zijn hand en sandalen aan zijn voeten.
23 En breng het gemeste kalf en slacht het, en laten we eten en vrolijk zijn.
24 Want deze, mijn zoon, was dood en is weer levend geworden. En hij was verloren en is gevonden. En zij begonnen vrolijk te zijn.
Het beste kleed moet gehaald worden.
Hier mag de jongen zijn vuile, naar de varkens stinkende gedoetje laten zakken.
Hij had gerekend op zelf verdiende werkkleding van een uitzendkracht, maar hier komt het beste kleed.
Het kleed van vader zelf. Een koningskleed
Vader droeg dit kleed op feestdagen.
Het kleed van vader omdoen was het teken dat de verzoening tussen hem en zijn zoon compleet was.
Ring, genade in overvloed
Ook de ring moet om de vinger.
Het gaat hier om de zegelring.
De jongen krijgt hiermee de volle rechten van de familie.
Hier bij de vader is geen enkele plaat voor onderhandeling, voor zakelijke besprekingen, voor een manier van schande afkopen. Hier wordt alles geschonken.
De jongen moet leren, dat bij de vader niet alleen brood in overvloed is, maar dat hier ook genade in overvloed is!
Ja, zelfs de sandalen moeten komen. Waarom sandalen?
Omdat de slaven op blote voeten liepen.
Door het pad van de zonde te kiezen was deze jongen een slaaf van de zonde geworden.
Als rijk man was hij heen gegaan, nu komt hij terug als slaaf, barrevoets.
Maar dan kan de vader niet laten gebeuren.
Zijn kind is terug. Hij moet de schoenen aan de voeten krijgen.
Hij zal hier in de omgeving van de vader een vrij man zijn en geen slaaf.
Tim Keller schreef hierbij:
De vader zegt met zijn daden: Ik ga niet wachten tot jij de schuld hebt betaald, want dat kun je nooit.
Ik ga hier niet wachten tot jij diep genoeg door het slijk bent gegaan.
Jouw terugkeer in de familie ga jij niet verdienen.
Ik haal jou terug. Ja, hiermee neem ik zelf alle schuld op mij.
Het kost mij veel, maar ik heb het ervoor over.
Ik bedek je naaktheid, je armoe en je schande me mijn mantel, mijn ambt en mijn eer.
En zo wordt het feest.
Feest in huis omdat deze jongen door Vader is teruggehaald.
Het duurste vlees moet op tafel komen, het gemest kalf. Iedereen moet meedelen in de vreugde.
24 Want deze, mijn zoon, was dood en is weer levend geworden.
En hij was verloren en is gevonden. En zij begonnen vrolijk te zijn
Zo komen verloren mensen thuis bij God.
De vader in dit verhaal is niemand anders dan onze Heere Jezus Christus.
In Hem is God naar deze wereld gekomen.
Hij is mens geworden en heeft in onze plaats schande geleden.
Hij heeft onze zonden en schande op Zich genomen en is onze dood gestorven aan het kruis en uit de dood weer opgestaan.
Hij heeft de prijs betaald zodat Losers weer thuis mogen komen.
Daarom, verkondig ik u:
Wie je ook bent.
Wat je gedaan hebt in je leven.
Hoe vaak je ook God door je gedachten, woorden en daden op het hart hebt getrapt.
Vanavond komt Hij naar jou toe met Zijn armen wijd uitgespreid. Hij zegt tot jou:
28 Kom allen naar Mij toe die afgemat en belast zijn, en Ik zal u rust geven.
29 Neem mijn juk op en kom bij Mij in de leer, omdat Ik zachtmoedig ben en eenvoudig van hart, en u zult rust vinden voor uw ziel.
30 Want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’
Op een andere plaats in de Bijbel zegt Jezus:
16 Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.
17 Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden.
18 Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God.
Bekeer je van je zonden en geloof in Heere Jezus.
Dan hoeft u niet verloren te gaan.
Het kruis is Gods proclamatie: Ook jij bent door Hem welkom bij Mij!
Jezus heeft ook voor u Zijn leven gegeven aan het kruis van Golgotha opdat u gered zou worden.
God wil jouw ondergang niet, maar jouw redding!
We lezen in Romans 3:25 “Hem heeft God openlijk aangewezen als middel tot verzoening, door het geloof in Zijn bloed.
Keer je om naar God, Vertel hem eerlijk je fouten en ontvang Jezus, de Zoon van God als je Redder.
Geloof in Hem, vertrouw je toe aan Hem die Zijn leven gaf aan het kruis om jou te redden!
Zo wordt je kind van God, zo ontvang een nieuw leven met God en zal je het eeuwige leven ontvangen.
Amen