Groeien in Christus

Kring groep  •  Sermon  •  Submitted
0 ratings
· 8 views

Bijbelstudie in de kring-groep over Groeien in Christus.

Notes
Transcript
Handout

Introductie

De vorige avond ging het over de kracht van het gebed. Uitgangspunt voor deze avond was toen Eph 3:14. Vanavond gaan we verder waar we gebleven zijn en willen we een ander aspect van het groeien en bloeien in Christus aan de orde laten komen. De studies die we hier voor gebruiken zijn gebaseerd op het gebed van Paulus voor de efeziers in Eph 3:14-21 en we gaan ons vandaag vooral richten op het thema dat in vers 16 aan de orde komt, dus omwille van de tijd zal ik alleen het eerste stukje voorlezen. Het is goed om te weten dat een van de hoofdthema’s in de brief aan de Efeziers ‘Gods genade in Christus’ is en ook dat ‘God Zijn uitverkorenen heeft voorbestemd tot redding en heiligheid in Christus’. Wanneer we het eerste stuk van de brief lezen wordt dit duidelijk; we vallen er nu eigenlijk midden in.
Laten we het eerst met elkaar lezen:
Ephesians 3:14–16 NBG1951
14 Om die reden buig ik mijn knieën voor de Vader, 15 naar wie alle geslacht in de hemelen en op de aarde genoemd wordt, 16 opdat Hij u geve, naar de rijkdom zijner heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens,
Paulus grijpt terug op Eph 1:3-7 en Eph 1:18-19 in dit gedeelte -> de Rijkdom van Christus is hetgene dat ons kracht geeft.
Hij bidt in Efeze 1 vers 18 en 19 het volgende:
Ephesians 1:18–19 NBG1951
18 verlichte ogen [uws] harten, zodat gij weet, welke hoop zijn roeping wekt, hoe rijk de heerlijkheid is zijner erfenis bij de heiligen, 19 en hoe overweldigend groot zijn kracht is aan ons, die geloven, naar de werking van de sterkte zijner macht,
De wereldse mens is vol van zijn eigen kracht en van wat hij allemaal kan doen. Christenen zijn vaak vol van zwakheid en kunnen zelf niet veel. De wereldse mens heeft zichzelf als standaard en zal daarom snel tevreden zijn met zijn werk, de christen heeft Jezus Christus als standaard en kan dit hoge ideaal onmogelijk zelf bereiken.

1. Onze roeping in Christus - Wortelen

Als Christenen hebben we het wel eens over mensen die een ‘roeping’ hebben van God. We denken dan vaak aan mensen die naar het zendingsveld gaan, predikant worden of een andere bijzondere taak uitvoeren. We kunnen ook denken aan de discipelen die speciaal door Jezus geroepen worden. Of aan profeten uit het oude testament die ook bijzonder door God geroepen worden.
Wat we ons vaak niet realiseren is dat, hoe mooi een bijzondere roeping ook kan zijn, iedere christen een roeping heeft. We zijn allemaal geroepen door God om voor Hem te leven. We hebben het net gelezen en de brief aan de Efeziers en een gedeelte daarvan deed me denken aan een gelijkenis van Jezus. Hierin gaat een zaaier er op uit om te zaaien. Het zaaien kunnen we vergelijken met een roeping of een roepstem. De goede boodschap, de rijkdom van Christus wordt gezaaid en op verschillende manieren ontvangen:
Luke 8:4–15 NBG1951
4 Toen er nu veel volk samenstroomde en uit elke stad mensen tot Hem kwamen, sprak Hij door een gelijkenis: 5 Een zaaier ging uit om zijn zaad te zaaien. En bij het zaaien viel een deel langs de weg en het werd vertrapt en de vogelen des hemels aten het op. 6 En een ander deel viel op de rotsbodem, en toen het opkwam, verdorde het, omdat het geen vochtigheid had. 7 En een ander deel viel midden tussen de dorens, en de dorens kwamen tegelijk op en verstikten het. 8 Een ander deel viel in goede aarde, en toen dat opgekomen was, bracht het honderdvoudige vrucht voort. Dit zeggende, riep Hij: Wie oren heeft om te horen, die hore. 9 Zijn discipelen vroegen Hem, wat de bedoeling van deze gelijkenis was. 10 En Hij zeide: U is het gegeven de geheimenissen van het Koninkrijk Gods te kennen, maar aan de anderen (worden zij gepredikt) in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien en horende niet begrijpen. 11 Dit is de gelijkenis: Het zaad is het woord Gods. 12 Die langs de weg, zijn zij, die het gehoord hebben; daarna komt de duivel en neemt het woord uit hun hart weg, opdat zij niet zouden geloven en behouden worden. 13 Die op de rotsbodem, zijn zij, die het woord, zodra zij het horen, met blijdschap ontvangen; en dezen hebben geen wortel, zij geloven voor een tijd en in een tijd van beproeving worden zij afvallig. 14 Wat in de dorens viel, dat zijn zij, die het gehoord hebben; en gaandeweg worden zij door zorgen en rijkdom en lusten des levens verstikt en zij brengen het niet tot vrucht. 15 Dat in goede aarde, dat zijn zij, die met een goed en vroom hart het woord gehoord hebbende, dat vasthouden en vrucht dragen in volharding.
Gods wil voor Zijn kinderen is dat we ons wortelen in Hem, Zijn levensbloed door ons laten stromen en dan vasthouden en vrucht voortbrengen.
Het woord wordt op verschillende manieren ontvangen en het is onze verantwoordelijkheid om het met een vroom hart te ontvangen, vast te houden en daarna vrucht te dragen. Dit is nogal een verantwoordelijkheid! Wie van ons heeft in zichzelf de kracht om vast te houden en te volharden? Als ik naar mijzelf kijk ontbreekt het daar vaak aan. Als ik naar mijn eigen leven kijk liggen er maar al te vaak vogels op de loer om het gezaaide weg te nemen. Of laat ik soms dingen in mijn leven toe die het jonge plantje kunnen verstikken.
Wat is het een troost en een bemoediging om de volgende twee verzen dan te lezen:
Ephesians 1:4 NBG1951
4 Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren vóór de grondlegging der wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor zijn aangezicht.
En in Romeinen 9 : 23 staat:
Romans 9:23 NBG1951
23 juist om de rijkdom zijner heerlijkheid bekend te maken over de voorwerpen van ontferming, die Hij tot heerlijkheid heeft voorbereid?
We lezen in deze verzen dat God ons heeft voorbestemd tot heerlijkheid. Met andere woorden: Hij zorgt er Zelf voor dat we vrucht dragen! Dat is maar goed ook, want anders zou er waarschijnlijk niet veel van terecht komen!
in Efeze hoofdstuk 1 vers 18 en 19 zegt hij:
Ephesians 1:18–19 NBG1951
18 verlichte ogen [uws] harten, zodat gij weet, welke hoop zijn roeping wekt, hoe rijk de heerlijkheid is zijner erfenis bij de heiligen, 19 en hoe overweldigend groot zijn kracht is aan ons, die geloven, naar de werking van de sterkte zijner macht,
Onze roeping geeft ons hoop, omdat de erfenis heerlijk is en omdat God met Zijn kracht in ons werkt!
Wat een roeping hebben we als christenen! Wat een opdracht! Maar ook: Wat een voorrecht!

VRAGEN:

1. Realiseer je je dat je een roeping hebt van God? Zo ja, wat is uw/jouw roeping?
2. Hoe voelt het om geroepen te zijn en uitgekozen door God? Voelt dit als een voorrecht of juist als een enorme druk om te presteren?
3. Hoe kunnen we ons ‘wortelen’ in Hem, zodat we niet verstikt raken door alles dat in het leven op ons af komt ?
Quote van Richard Baxter. Contrast tussen christenen en niet-christenen? Of zijn wij soms ook (te) veel met dingen bezig die niet van eeuwigheidswaarde zijn?

2. De rijkdom Zijner heerlijkheid - Groeien

John 17:24 NBG1951
24 Vader, hetgeen Gij Mij gegeven hebt – Ik wil, dat, waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn, om mijn heerlijkheid te aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt, want Gij hebt Mij liefgehad vóór de grondlegging der wereld.
Het Hogepriesterlijk gebed; Jezus wil dat de discipelen Zijn glorie zien. De rijkdom van Zijn glorie is de bron waaruit we mogen putten. Deels om ons te verwonderen, deels om ons op te verheugen.
Charles Spurgeon gaf aan dat de Rijkdom van Christus is als een diamant waar, elke keer als het licht er op valt iets nieuws aan te ontdekken is. Elke keer als we Christus ‘zien’ ontdekken we Hem opnieuw en verwonderen we ons over Hem. Spurgeon zei dat we de eeuwigheid nodig hebben om Hem te leren kennen! We kunnen ons dan iets voorstellen van de beesten voor de troon in het visioen dat Jesaja van de hemel heeft. Keer op keer vallen ze in verwondering neer voor Gods aangezicht en roepen ze: “Heilig, Heilig, Heilig! De aarde is vol van Uw glorie!”.
Wanneer we ons over Zijn heerlijkheid verwonderen mogen we ook zelf meer een meer die heerlijkheid gaan weerspiegelen. Denk aan Mozes die een ontmoeting had met God en Zijn heerlijkheid zag. Zijn gezicht straalde nog dagen na van deze ontmoeting; hij weerspiegelde de heerlijkheid van God. Hij moest zijn gezicht bedekken, omdat het volk de Heerlijkheid van God te confronterend vond.
We lezen in de tweede Korinthe-brief:
2 Corinthians 3:18 NBG1951
18 En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.
In de brief aan de Kolossenzen schrijft Paulus het volgende:
Colossians 1:27 NBG1951
27 Hun heeft God willen bekendmaken, hoe rijk de heerlijkheid van dit geheimenis is onder de heidenen: Christus onder u, de hoop der heerlijkheid.
Christus is onze hoop op heerlijkheid! Aan de ene kant mogen we ons meer en meer in Hem verheugen en verblijden, aan de andere kant mogen we steeds meer aan Hem gelijk worden en Zijn karakter weerspiegelen.
Is dit allemaal toekomstmuziek?
Is dit wel voor nu?
Kunnen we dit bereiken in dit leven?
We gaan even terug naar Efeze 3:16
Ephesians 3:16 NBG1951
16 opdat Hij u geve, naar de rijkdom zijner heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens,
Wat een zegen wanneer we, door het gebed, mogen bidden om kracht. Wat een zegen dat we een God hebben die naar de rijkdom van Zijn heerlijkheid geeft. Let op dat hier niet staat: “Hij geeft uit de rijkdom van Zijn heerlijkheid”!
Wanneer ik 10.000.000 euro op mijn bankrekening heb staan en ik geef u allemaal 10 euro geef ik u ‘uit de rijkdom van mijn bankrekening’, maar niet ‘naar de rijkdom van mijn bankrekening’. Als ik u naar de rijkdom van mijn bankrekening zou geven zou ik u 10.000.000 euro overmaken.
Wat een wonder dat God ons NAAR DE RIJKDOM VAN ZIJN HEERLIJKHEID geeft. Wanneer we een stukje terug bladeren heeft Paulus het over deze rijkdom:
In Efeze 1:3-7 zegt hij:
Ephesians 1:3–7 NBG1951
3 Gezegend zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons met allerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten gezegend heeft in Christus. 4 Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren vóór de grondlegging der wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor zijn aangezicht. 5 In liefde heeft Hij ons tevoren ertoe bestemd als zonen van Hem te worden aangenomen door Jezus Christus, naar het welbehagen van zijn wil, 6 tot lof van de heerlijkheid zijner genade, waarmede Hij ons begenadigd heeft in de Geliefde. 7 En in Hem hebben wij de verlossing door zijn bloed, de vergeving van de overtredingen, naar de rijkdom zijner genade,
Wij hebben de verlossing door Zijn bloed, de vergeving van de overtredingen, NAAR DE RIJKDOM ZIJNER GENADE.
Dit stukje is een lofzang op onze redding en de genade van God in Christus. Bij God is er een RIJKDOM van GENADE; het is geen arme boel! Hij geeft naar ZIJN RIJKDOM en geeft ons in Christus ALLE GEESTELIJKE ZEGEN in de hemelse gewesten.
In het eerste hoofdstuk van de brief aan de Efeziers lezen we dat we gezegend zijn met alle geestelijke zegeningen in de hemelse gewesten.
Ephesians 1:3 NBG1951
3 Gezegend zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons met allerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten gezegend heeft in Christus.
Dit is een zegening die we POSITIONEEL bezitten. Als we in Christus aangenomen zijn als kinderen van de Vader delen we ook in de erfenis van de Vader. POSITIONEEL is dit dus al zo, maar we leven er vaak niet naar. We leven vaak nog alsof we arme sloebers zijn.
Dit is als iemand die een grote erfenis heeft ontvangen, maar van niets weet en dus met zijn oude bestaan door gaat, terwijl hij eigenlijk schatrijk is.
Colossians 1:11 NBG1951
11 Zo wordt gij met alle kracht bekrachtigd naar de macht zijner heerlijkheid tot alle volharding en geduld,

VRAGEN:

Wat is volgens u/jou de ‘rijkdom van Zijn heerlijkheid’ ?

Glory refers to the splendor of God and his divine presence. Upon resurrection, Christians will enter into a state of glory in which they will experience the immediate glory of God and the abiding presence of Christ.

δόξα (doxa). n. fem. glory, honor, majesty, heavenly state, exalted state. Can express a present glorious status as well as a future exalted state.

Wat betekent het voor jou dat God geeft ‘Naar de rijkdom van Zijn heerlijkheid’?
Wat zou Paulus bedoelen met ‘alle geestelijke zegeningen in de hemelse gewesten’?
Hoe kunnen we in dit leven ‘leven naar onze stand’ ? Is dit iets om te ‘claimen’?
Quote van Richard Baxter - Oh if we did but truly believe that the promise of this glory is the word of God… We should be as impatient of living as we are fearful of dying.
Related Media
See more
Related Sermons
See more